Een wintertje is momenteel ver te zoeken. Er is in de natuur weinig te zien. Is dat wel zo? Op het eerste gezicht lijkt dat inderdaad zo, maar, doordat de temperatuur eigenlijk al veel te warm is, komen veel planten al tot ontwikkeling. Ik zag ik al bloeiend Fluitenkruid, Vroegeling en Speenkruid. Op vogelgebied wordt ook al aardig naar het voorjaar “gewerkt”, gezien de balts en zang van spechten, boomklevers, mezen en zelfs al een paartje buizerds. Onderzoek naar “echte” wintergasten leverde weinig op in onze omgeving. Vorige keer meldde ik al dat deze soorten het laten afweten. Dit werd nogmaals vastgesteld. Maar even afwachten wat februari ons nog gaat brengen….
In december hoorde ik een Pestvogel boven de Kleasterkamp/Boskleane. Deze ging even later in het topje van een boom zitten.
Twee Zeearenden werden boven de Duurswouderheide gezien op 12 januari, door Martin Manson. Bekend is dat de gehele winter twee vogels regelmatig worden gezien op en bij het Fochteloërveen. Ik ga er dan ook van uit dat het twee van deze vogels zijn. Ze zijn vaak te vinden bij ganzenconcentraties. Een zwakke of dode gans is hun voedsel.
Ook meldde Martin liefst vijf Blauwe Kiekendieven op de Duurswouderheide. Zeker is nu dat er een slaapplaats is (9 vogels zijn er geteld na onderzoek).
De (onze) Middelste Bonte Specht(en) zijn weer aanwezig om en bij de Slotplaats. Op 22 januari zag ik er liefst drie, waaronder een baltsend paartje.
Leuk, maar onopvallend is het Vuurgoudhaantje. Deze werd gemeld o.a. door Kees Bode (toetsenist bij “de Kast”), die hier regelmatig is te vinden op zoek naar (bos)vogels. Het Vuurgoudhaantje is net zo klein als het “gewone” Goudhaantje, maar heeft een opvallende wenkbrauwstreep. Het roepje is ook wat “bitser”. De zang is een reeks op de zelfde toonhoogte blijvende roepjes, die vaak wordt gemist door mensen met slecht gehoor.
Een (of enkele) Kleine Rietganzen werden opgemerkt tussen een grote groep Kol-, Grauwe- en Toendrarietganzen ten westen van Bakkeveen. De soort is te onderscheiden van zijn grote broer de Toendrarietgans door een grijzere rug, korte en donkere nek en kop en roze poten en snavel. Hierbij moet je wel een goede kijker of telescoop gebruiken. Nog een tip: stap niet uit je auto, want dan gaat de hele “handel” op de wieken.
Doordat het (veel) te warm is ,komen er al verschillende planten tot bladontplooiing en bloei. Eén soort wil ik even noemen, dat is de Vroegeling. De naam zegt het al, vroeg. Het is een onooglijk klein plantje, dat groeit op zandig en droog terrein. Het plantje is algemeen op dit soort terrein. Ik zag er flink wat staan langs de boswal op het Mandeveld. De bloem is wit. Het is familie van de kruisbloemigen, waar ook het Herderstasje en Kleine Veldkers onder vallen. De beide laatste komen zeer algemeen voor in onze tuinen en bloeien ook in het vroege voorjaar.
De natte omstandigheden bieden veel kansen voor het vinden van houtzwammen, Oesterzwammen, Kaaszwammen, Elfenbankjes, Trilzwammen en andere schorszwammen. Let o.a. op afgevallen takken en liggende boomstammen.
Voor mossen en korstmossen is het een prima tijd, ook gezien de natte omstandigheden. Let er eens op, maak desnoods een foto, en stuur hem naar ons op.
Tip: De waarnemingen kunnen online worden bekeken op de website: www.natuur-bakkeveen.nl. Kies optie “links” en dan waarnemingen in Bakkeveen.
Verder kunt u een kijkje nemen op www.natuurverenigingen-opsterland.nl. Op die site o.a. mededelingen en artikelen van onze vereniging.
Meldingen graag weer bij Koert Scholten: Liefst online op: . Tel nr.542017.